Een aquarel wordt door een kunstenaar geschilderd met aquarelverf, in dunne transparante lagen over elkaar. De verf op waterbasis bestaat uit pigment en Arabische gom en wordt door water op papier aangebracht. Kenmerkend voor de aquareltechniek is het uitsparen van het papier van de witte delen. De schilder moet omzichtig te werk gaan om het witte papier zo te laten. De verf zuigt in het aquarelpapier. Daardoor kan een éénmaal met verf bedekt deel van een vel aquarelpapier nooit meer 100% wit worden gemaakt. Er zijn tal van manieren om de verf aan te brengen, het is aan de kunstenaar om met de materie creatief om te gaan. Als het schilderij klaar is moet het achter glas beschermd worden ingelijst. Verkleuren doet het werk niet als met de beste aquarelverf wordt gewerkt.
Iedere aquarel wordt voorzien van een certificaat van echtheid met de handtekening van Wiebe.
